Monnikerede | ZWINPROJECT

Monnikerede ontwikkelde zich als kleine havenstadje op de linkerdijk van het Zwin. De eerste vermeldingen van Monnikerede vinden we in Engelse teksten uit het begin van de 13e eeuw. Handelaars als Lambekus de Munekerede en Johannes de Munckerod drijven met hun schepen handel in Engelse en Franse wateren. De schepen van Monnikerede werden daarnaast ook gebruikt voor zowel visvangst als krijgstochten. Rond het midden van de 13e eeuw kreeg Monnikerede stadsrechten toebedeeld van de Vlaamse Graaf. Op handelsvlak gaf Brugge het stadje het stapelrecht op onder andere gedroogde vis. Het economisch en demografisch hoogtepunt van de Monnikerede kunnen we vooral in de 14e en begin van de 15e eeuw situeren. In die periode ontwikkelde het zich van een vissersnederzetting tot een miniatuurstadje dat meespeelde in de internationale handel.

De site van Monnikerede bleek een goudmijn aan archeologische en historische data. Quasi de hele site kon geofysisch onderzocht worden door een combinatie van elektromagnetische inductie en magnetometrie. Op de velden die regelmatig geploegd worden voor akkerbouw vonden we duidelijk geconcentreerde clusters middeleeuws aardewerk. Ongeploegd weiland kon dan weer onderzocht worden door middel van drones en molshopen. Eveneens het geschreven bronmateriaal was zeer informatief voor dit verdwenen stadje, met ommelopers en stadsrekeningen die tot diep in de 15e eeuw bewaard zijn. Deze verschillende data waren niet enkel rijkelijk aanwezig en goed bewaard, ze waren ook relatief goed te integreren en maakten het mogelijk om een gedetailleerde topografische reconstructie van het middeleeuwse stadje te maken. Bovendien slaagden we er in een sociale topografie te reconstrueren en vonden we bepaalde morfologische elementen, typerend voor middeleeuwse havens terug.


Topografische reconstructie van Monnikerede rond 1400, geprojecteerd op een recente luchtfoto.

De gepresenteerde topografische reconstructie van Monnikerede anno 1400 is een voorzichtige, maar goed onderbouwde schatting van havenstadje in zijn hoogdagen. Rond 1400 zijn er 59 bewoonde percelen, 117 huizen en constructies en op zijn minst 600 inwoners. In de topografische en demografische evolutie van het stadje wordt duidelijk hoe het stadje traag maar zeker verlaten wordt. De reden daarvoor valt niet enkel te zoeken bij de verzanding van het Zwin, maar ook bij de economische malaise en politieke onrusten. De verminderde handel en de verzanding van het Zwin maken vooral de havenzone langsheen de Hoogstraat minder aantrekkelijk. Bij de aanleg van de Verse Vaart (ca. 1550) wordt de havenzone vermoedelijk voorgoed buiten werking gesteld. Het uitbreken van de Tachtigjarige Oorlog verzegelt het lot van het stadje dat nu quasi volledig verlaten wordt. Wanneer de Damse Vaart wordt aangelegd in het begin van de 19e eeuw, was alle bewoning reeds verdwenen. Het kanaal wordt dwars door het oude centrum gegraven en vervormt het uitzicht van de omgeving zo ingrijpend dat er van het middeleeuwse (stads)landschap amper nog iets te herkennen valt.


Detail van het centrum van Monnikerede met aanduiding van sociaal-topografische informatie.

Morfologisch bestaat het stadje uit twee hoofdassen waarlangs het gros van de bewoning zich situeert. De eerste as wordt gevormd door de linkerbuitendijk van het Zwin en stond bekend als de Hoogstraat. De tweede as kruist de Hoogstraat loodrecht in het noorden van het stadje en loopt westwaarts richting Oostkerke: de Kerkstraat. De kruising van beide straten was het centrum van het stadje. Alleen hier waren de wegen gekasseid en alles wijst erop dat ook de havenfaciliteiten in de onmiddellijke omgeving gezocht moeten worden. In de vier kwartieren die het kruispunt maakt, vinden we niet enkel de grootste economische bedrijvigheid (o.a. de vleeshuizen, een vismarkt, een steiger, en een weeg), maar ook de belangrijkste administratieve en religieuze gebouwen (stadhuizen, pastorij en kapel), én ‘Monnikerede-Boven’: de plaats waar de huizennamen laten vermoeden dat hier de meest welgestelden woonden. Deze prominente huizenrij moet van op schepen die via het Zwin naar Brugge voeren, een eerste aanblik met allure op Monnikerede hebben gegeven.